Governance hefboom voor succes in familiebedrijf
05.05.2011
IFB-medewerker prof. Johan Lambrecht (HUB) heeft samen met Wouter Broekaert een interessante nieuwe studie gepubliceerd. Er werd eerst onderzocht hoe familiebedrijven succes definiëren. Daarbij valt op dat familiebedrijven succes anders invullen dan niet-familiebedrijven. De eerste graadmeter van succes is het voortbestaan van het familiebedrijf, op de voet gevolgd door loyaliteit van de clienten en van de werknemers. Vervolgens komen de omvang van de winst en de financiële resultaten van het familiebedrijf.
Wat zorgt er nu volgens de familiebedrijven voor dat het aldus omschreven succes bereikt wordt ? De meest terugkerende succesfactor is het feit dat de eigendom van de onderneming in familiale handen blijft. Dit resultaat hoeft niet te verwonderen : familiale aandeelhouders verschaffen meestal geduldig kapitaal dat het bedrijf toelaat een langetermijnvisie te realiseren.
Op de tweede plaats staan als succesfactoren familiale bijeenkomsten en een actieve raad van bestuur in de zin van de Code Buysse (vier bijeenkomsten per jaar). Deze laatste twee succesfactoren zitten in de sfeer van (familiale) governance. Op dat vlak is er nog werk aan de winkel, maar er is voorutigang en bovendien is dat niet alleen een Belgisch probleem. En als we eerlijk willen zijn : scoort de governance in niet-familiebedrijven zoveel beter ?